Deze belasting heeft als heffingsmaatstaf de WOZ-waarde. De berekening is dan de WOZ-waarde keer het tarief van de gemeente.
De OZB bestaat uit twee delen: het eigenarendeel en het gebruikersdeel
- Eigenaar van een onroerende zaak. U ontvangt een aanslagbiljet als u op 1 januari een onroerende zaak heeft en staat ingeschreven bij het Kadaster. Voorbeelden van een onroerende zaak zijn:
- een woning
- een woning in aanbouw
- bouwgrond
- een bedrijfspand
- Gebruiker van een onroerende zaak. U ontvangt een aanslagbiljet als u op 1 januari gebruiker bent van een niet-woning. Niet-woningen zijn alle onroerende zaken die niet in gebruik zijn als woning. Bent u eigenaar en gebruiker dan ontvangt u een aanslagbiljet voor beide delen. Voorbeelden van een niet-woning zijn:
- bedrijven
- kantoren
- winkels
- ziekenhuizen

Gevolgen voor de OZB als u verhuist, het pand verkoopt of overlijd
Als u verhuist, verkoopt of overlijd na 1 januari dan blijft het te betalen bedrag aan belasting gelijk. De notaris verrekent meestal bij de verkoop de te betalen bedrag aan belasting tussen u en de koper. Bent u na 1 januari geen gebruiker meer? Dan blijft het te betalen bedrag aan belasting ook gelijk.
U kunt om kwijtschelding vragen als u de OZB niet kunt betalen
Kwijtschelding kunt u aanvragen via Mijn Loket. Of u kunt ons bellen voor een papieren kwijtscheldingsformulier.